In iedere tuin een boom
In iedere tuin hoort in ieder geval één boom te staan. Die zorgt voor de hoogtewerking in de tuin, voor een spannender zichtveld, voor schaduw en voor leven in de tuin.
Wat zijn bomen?
Bomen zijn uit de kluiten gewassen planten die in hun stam en takken houtweefsel vormen als een soort skelet dat de plant overeind houdt. Hout is te vergelijken met ons botweefsel. Heesters vormen ook houtweefsel. Ook de maat van een boom of heester is niet de bepalende factor voor de indeling. Er zijn heel grote heesters en heel kleine bomen. Daarin zit dus niet het verschil met bomen. Dat zit in de manier waarop ze groeien. Bij de meeste bomen groeit maar een tak uit de wortels omhoog (de stam) die vervolgens zijtakken krijgt. De meeste heesters komen met meer takken uit de grond.
Een boom plant u meestal niet alleen voor uzelf, maar ook voor uw omgeving, en zelfs voor de volgende generatie(s). Bij het kiezen van een boom moet u dus ook niet over één nachtje ijs gaan. Bedenk van te voren wat u in een boom zoekt, en laat u goed adviseren, daarmee voorkomt u een verkeerde keuze die niet zo makkelijk is terug te draaien. Uiteraard wilt u weten hoe hoog en hoe breed de boom kan worden Ook is belangrijk welke grondsoort uw tuin heeft, of u wel of juist geen (sier)vruchten wilt, een opgaande, bolvormige of juist een neerhangende, meer prieelvormige kroon zoekt.
Tot drie meter hoge bomen zijn er niet veel, u kunt dan soms beter een mooie meerstammige heester kiezen. Daarin is keuze genoeg. Als de boom zo’n vijf meter hoger mag worden, is er al veel meer keuze. Bijvoorbeeld het krentenboompje (Amelanchier) die mooi bloeit, lekkere bessen vormt en een fraai voor- en najaarsblad heeft. Verder: meidoorn (Crataegus), diverse soorten sierkersen (Prunus) en sierappels (Malus), de pagode-kornoelje (Cornus alternifolia ‘Argentea’), Japanse esdoorns (Acer palmatum) en lijsterbessen (onder andere Sorbus vilmorinii met parelmoerrode of rozerode bessen). Ook zijn er steeds meer leivormen en andere vormbomen in het aanbod.